Hoe weet je de weg op zee, kapitein?
Hoe weet je waar je moet zijn?
Daar is nergens een huis, daar is nergens een straat,
daar is nergens een bord waar een naam op staat
van de stad waar je morgen moet zijn.
Hoe weet je de weg, kapitein?
Willem Wilmink
Sinds kort ben ik kapitein op zee. Daarmee sta ik in de traditie van mijn opa, die als schipper langs de kusten van Duitsland, Denemarken en Zweden voer.
In de diepte van de zee zwemmen haaien, ik zie ze niet, maar ze zijn er wel. Aan de oppervlakte spoelen emoties over het dek. Mijn taak als kapitein is om in dit tumult te navigeren. De haven waar ik naar onderweg ben heet Gezondverderleven. Maar eerst moet ik door de zee waarvan de naam nog niet 100% vaststaat, maar die waarschijnlijk kanker heet. Ovariumcarcinoom.
In het begin van mijn reis is het mijn taak om slecht nieuws te brengen. Kinderen en zus worden als eerste geïnformeerd. Ik maak me zorgen om hen en moet vertrouwen op hun veerkracht.
Familie, vrienden en collega’s. Wie vertel ik het slechte nieuws? Hoe doe ik dat en vooral ook wanneer? Ik verwacht reacties en put daarbij uit eigen ervaring: ongemak, lief, met de mond vol tanden, ontroerend, met goed bedoelde adviezen, eigen ervaringsverhalen. Hoe hou ik koers in deze tegenstroom?
Sinds het begin van deze reis zorgt de scheepskok dat de boel hier aan boord draaiend wordt gehouden. Hij chauffeert en kookt en serveert wijn op dinsdag. Hij grijpt elk excuus om van vaste gewoonten af te wijken. Zijn kalme aanwezigheid is een baken op deze zee.
Huisarts en gynaecoloog zijn beide mijn kompas, de 1 vertrouwd, de ander nieuw. De gebruiksaanwijzing moet ik nog doorlezen, maar tot nu toe lijkt hij scherp gekalibreerd. Voorlopig wijzen beide in dezelfde richting.
Scheepsberichten en monsterboekjes zijn ruim voorhanden maar nog niet geraadpleegd. Boeken, sites, blogs, ik laat ze nog even ongelezen.
Op mijn baken na, is er nergens een huis, nergens een straat, nergens een bord waar de naam op staat van de stad waar ik morgen moet zijn. Of ik in de haven van mijn bestemming aankom is ongewis. Ik ben aan de goden overgeleverd.