Ze was net met pensioen gegaan, de vrouw met wie ik de kamer deel op de oncologische dagbehandeling. Eindelijk zou ze haar eigen tijd in kunnen delen. Nu zit ze in een vast ritme van chemokuren, iedere drie weken krijgt ze drie dagen achter elkaar een kuur.
De man met wie ik een volgende keer de kamer deel komt met zijn vrouw en zwangere dochter. Dit is de eerste keer dat hij immuuntherapie ondergaat. Hij ziet er broos uit, maar wil desondanks nog een keer naar Turkije, het land waar hij is opgegroeid. Maakt hij de geboorte van zijn kleinkind nog mee? vraag ik mij af.
Anneke heet ze, de verpleegkundige op de dagbehandeling met het oranje leesbrilletje. Het is een druk bestaan daar, een komen en gaan van patiënten, infuuspompen piepen, medicatie gecheckt en nog eens gecheckt. Maar Anneke neemt de tijd om mijn hand vast te houden als ik begin te huilen op de dag dat we besluiten de kuur niet door te laten gaan. Simpelweg omdat ik me te slap voel voor weer zo’n dosis gif in mijn lijf.
Helden zijn het, de mensen die je tegenkomt op de oncologische dagbehandeling.
Zelf voel ik me allerminst een held. De energie en het uiterlijk van Mega Mindy ontbreken. Ik woon in een slobbertrui en heb een chemomuts op mijn kale hoofd. Als ik me al met iemand kan identificeren, dan is het met Oblomov. Niet in staat om besluiten te nemen en tot actie over te gaan. Regelmatig voel ik de aandrang om te stoppen met deze flauwekul. Maar een strenge mevrouw in mijn hoofd zegt dat ik nog even vol moet houden.
Mijn lijf geeft aan dat er van alles gaande is. Zou het de behandeling zijn die aanslaat en korte metten maakt met de kankercellen? Of is het de kanker die genadeloos verder groeit en schade aanricht? Word ik ingehaald terwijl ik hier aan het ploeteren ben en rest er dan geen tijd meer om mijn leven af te ronden en nog te genieten? We zullen het pas weten na de 3e kuur als er een CT-scan gemaakt wordt.
Tot die tijd ga ik door met mijn poging om het leven van een ziek mens af te wisselen met een bestaan als mijzelf. Ziek zijn kan bijna een beroep worden. Ik ben ongewild expert op het gebied van mijn behandeling. Als mijzelf geniet ik van de aanwezigheid van mijn jongste zoon die langskomt in het weekend, voel ik onmacht bij het zien van de strijd van de vrouwen in Iran en maak ik een herfstige paddenstoelenstoofpot waar mijn liefste Rudi en ik samen van genieten.